Een arbeidsrelatie is een samenspel van rechten en plichten tussen werknemers en werkgevers. Dit geheel van regels is niet willekeurig, maar is gebaseerd op rechtsbronnen of rechtsnormen. In België omvat het regelgevend kader voor arbeidsvoorwaarden een complex systeem van verschillende rechtsbronnen die samen het regelgevend kader van het Belgische arbeidsrecht vormen.
Aan de top van de hiërarchie staan de nationale wetten en Koninklijke besluiten (KB’s). Deze wetgeving vormt de basis van het Belgische arbeidsrecht en heeft de hoogste juridische status. Deze wetten en KB’s zijn van toepassing over heel België.
Vergeten we evenmin de reglementering die vanuit Europa wordt opgelegd, zoals de bekende GDPR-wetgeving.
De hiërarchie van rechtsbronnen gaat verder met Collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s). Deze worden op collectief niveau afgesloten door vertegenwoordigers van werkgevers en vertegenwoordigers voor de werknemers. Binnen deze categorie staan de CAO’s van de Nationale Arbeidsraad (NAR) op de hoogste trede. NAR-CAO’s gelden nationaal.
Onder de NAR-CAO’s bevinden zich sectorale CAO’s, die specifieke regels vastsleggen voor de verschillende bedrijfstakken. Elke Paritair Comité (PC) heeft een eigen nummer en wordt eveneens samengesteld tussen enerzijds vertegenwoordigers van werkgevers en vertegenwoordigers voor de werknemers.
Verder in de hiërarchie vinden we de ondernemings-CAO’s, afgesloten op ondernemingsniveau en zijn specifiek voor de betreffende onderneming.
Op individueel niveau komen we bij de geschreven arbeidsovereenkomst, een contract tussen werkgever en werknemer.
Het arbeidsreglement is een verplicht document voor elke werkgever in België. Dit bevat een aantal verplichte vermeldingen en daarnaast regelt het specifieke zaken die niet noodzakelijk in de wet of arbeidsovereenkomst zijn opgenomen.
Het begrip “gebruik” of “verworven recht”verwijst naar een historisch gegroeid praktijk binnen een onderneming die als vaststaand worden beschouwd.
Tot slot zijn er de policies, zoals die over roken, ziekteverzuim, sociale media, het gebruik van de bedrijfswagen … Dit zijn gedragscodes, afspraken die men in een onderneming maakt rond wat kan en wat kan niet.
De hiërarchie van rechtsbronnen geeft aan dat een lagere norm niet kan afwijken van een hogere norm als deze in strijd is met die norm tenzij die hogere norm toelaat dat dit wel kan.
Delen op